donderdag 9 februari 2017

Dag 13 – Donderdag 28 juli

We hebben vanmorgen de wekker gezet om zeven uur. Niet relaxt in de vakantie, maar het moet even. Vandaag hebben we namelijk de langste rijdag. We rijden van Salt Lake City naar Jackson Hole bij nationaal park Grand Tetons. Als alle spullen weer in de auto zijn, stoppen we eerst bij de Cracker Barrel voor een heerlijk uitgebreid Amerikaans ontbijt. Natuurlijk moeten we even op de foto op de schommelstoelen, het wordt al een echte traditie.



Het ontbijt is weer heeerlijk! Emma bestelt een echt Amerikaans grote-mensen-ontbijt. Ze krijgt een enorme hoeveelheid eten. Twee spiegeleieren, een paar stukken bacon en ook nog eens 3 grote pancakes. Succes meid! J Ze doet haar best, maar krijg het niet helemaal op. Gevalletje ogen groter dan de maag. Na nog wat neuzen in het winkeltje en een bak koffie voor Ronald voor onderweg halen, vertrekken we.

We moeten zo’n 4 en half uur rijden richting nationaal park de Grand Teton. De kids moeten elke keer lachen als ze die naam horen. Tim raakt maar niet uitgepraat over die ‘grote tieten’. Ver zitten ze er overigens niet van af, want de naam komt van Franse pioniers, die de bergen op borsten vonden lijken en het Tetons noemden, tepels in het Frans. Dan kijk je opeens heel anders tegen een berg aan, toch?

Onderweg verandert het landschap veel. Als we de droge kalige bergen rond Salt Lake achter ons laten, wordt het landschap steeds groener en groener. Om ons heen verschijnen meertjes, stroompjes en riviertjes en het ziet er steeds meer uit als een alpengebied. Ook de bouw verandert, we zien steeds meer natuurlijk bruine houten huizen. Als we dan ook nog door het plaatsje Alpine rijden, raken we een beetje de kluts kwijt. Dit is toch nog wel Amerika? Gelukkig kunnen we daar niet al te lang aan twijfelen, want overal wappert er wel ergens een Amerikaanse vlag.




We stoppen nog even bij een mooie kampeerplek aan een snelstromend riviertje. Wat is het trouwens heerlijk weer! Rond de dertig, in plaats van de veertig graden van de afgelopen dagen. En een fijn briesje. We kijken een tijdje naar de eekhoorntjes die om ons heen opduiken en wegrennen. Dan rijden we verder naar onze eindbestemming.



Jackson hole is een oud westernplaatsje. Vroeger werd het vooral door outlaws bezocht. Het ziet er nog steeds zo uit, je verwacht elk moment een paar schietende cowboys langs te zien rennen. Het is er op het moment wel erg druk. Ons motel blijkt wat buiten het stadje te liggen, langs de elk-velden. Het is een beetje een oud, wat gammelig dexter-motelletje waar je auto voor je kamer staat. De kamers zijn klein, achter de deur bevinden zich twee queenbedden en een klein paadje om te lopen, en daarachter een klein badkamertje. We hebben wel uitzicht over de uitgestrekte vlaktes en bergen voor ons, maar er loopt helaas een hele drukke autoweg langs.





Voor we gaan slapen, moeten we nog even wat eten. De receptie bespreekt voor ons een plekje in een steak restaurant in het stadje. Kwart over acht kunnen we er pas terecht. We chillen wat op de kleine kamers tot die tijd. Het blijkt een hele belevenis in dit restaurant. Het is helemaal in wildwest-stijl, compleet met hele houten inrichting, plafond en vloeren en overal opgezette dieren en cowboy-accessoires. Het past wel helemaal in het plaatje. Yihaaa cowboys! De meesten van ons eten een steak, lekker hoor.




Daarna gaan we snel weer terug naar ons motel. Nu ik dit typ, om elf uur ’s avonds, raast het verkeer nog hard over de weg heen. Dat wordt een onrustige nacht, vrees ik…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten