Inderdaad. Een onrustige nacht. Met veel verkeersherrie van
buiten, kindjes die veel bewegen en veel wakker zijn en uiteraard daardoor
wakkere ouders en opa en oma. En Bas die ook nog eens uit bed valt. We kunnen
dus wel een goed ontbijt gebruiken. In het stadje, dat overigens een leuk
westernstadje is, schuiven we aan bij the bunnery, een ontbijttentje. Ik heb
weer lekker french toast. De jongens willen wel twee croissantjes. Nou, laat
dat ‘tjes’ maar weg… wat een megadingen joh!! Hier kunnen wel vier of vijf
croissants zoals wij ze kennen! Ze eten er natuurlijk hooguit eentje op, dus de
andere twee gaan mee in een doggybag. Handig voor onderweg.
Dan gaan we op weg naar het nationale park. Ronald heeft op
internet tips gevonden hoe je zo veel mogelijk van de mooiste punten op 1 dag
kunt zien. Uitdaging! We volgen de route eerst met mij als navigator. Dat kan
natuurlijk nooit goed gaan… Inderdaad, al snel rijden we verkeerd. Ronald wil
wel gaan kaartlezen, terwijl Han rijdt. Na een grote wisseltruc rijden we weer
verder.
Bij het eerste uitzichtpunt blijkt, dat de mooie bergen waar
Grand Teton om bekend staat, grotendeels achter een grote rookwolk versdwenen
zijn. Er zijn branden in de buurt en met
een bepaalde wind staat het hele Tetondal vol rook. Nu dus ook… wat een pech!
We zijn hier maar een dag en hadden het graag willen zien. We stoppen bij wat
uitzichtpunten, die nu dus bijna geen uitzicht geven. We stoppen ook bij wat
cabins uit de tijd van de eerste pioniers. Er is niet ontzettend veel aan te
zien, eigenlijk, maar het levert wat mooie plaatjes op.
Er zitten hier veel wilde dieren, dus we houden onze ogen
goed open. Gerda kijkt naar rechts en ik naar links, en in het begin speuren de
kinderen goed mee. Han roept elke keer dat hij een hert ziet (of alleen een
gewei…), maar Gerda en ik kunnen niks ontdekken. Opeens komen we bij een
stopplek waar we allemaal zwarte stippen zien bewegen. We stappen uit, en zien
dat het een hele kudde bizons is. Wat een gaaf gezicht!
Iets verderop zijn de overblijfselen van een oude settlement
van Mormonen uit 1890. Het schijnt een heel mooi gezicht te zijn, die oude
schuren met de hoge, ruige bergen op de achtergrond, maar van de bergen is nog
steeds niet veel te zien. Toch is het een mooie plek, waar ook veel kleine
dieren te zien zijn. Zo zien we een hele mooie felblauwe vogel en veel
prairiehondjes.
Na nog een paar stops op uitzichtpunten waar nu niet veel
van de bergen te zien is, komen we bij een korte wandeling in een dal bij de
snake-rivier. We besluiten een stukje te gaan lopen. De kids hebben er alleen
niet zo veel zin in. Emma klaagt dat ze het te heet heeft (het is nu een
graadje of dertig) en Bas gilt bij elk vliegje dat hij ziet. Een overblijfsel
uit Salt Lake City, vrees ik. Dat moet weer even slijten. Hij is ook erg moe.
Dat vind ik niet zo raar, na die nacht. Tim stapt wel weer lekker door. Het is
wel een heel mooi stukje, zo langs de hele heldere rivier en met al dat groen.
Als we teruglopen, beginnen de bergtoppen eindelijk wat meer tevoorschijn te
komen. Wat supermooi!!
Na deze wandeling rijden we verder het nationale park in. In
dit stuk hebben we onze parkenpas weer nodig, die we in Canyonlands vast voor
alle parken gekocht hadden. We stoppen weer op wat fotospots. Dan rijden we
richting Jackson Lake marina, een klein haventje bij een heel groot en prachtig
bergmeer. Daar is ook een kleine lodge. Het is inmiddels half 5, nog wat vroeg
om echt te eten. Bovendien hebben ze ook niet veel bijzonders. We drinken even
wat op het terrasje en Emma en Ronald eten een ijsje.
Onze volgende stop is Jenny Lake. Daar schijnt ook een lodge
bij te zijn, misschien dat we daar dan gelijk kunnen avondeten. Als er dan nog
tijd is, kunnen we misschien nog even met de ferryboot naar de overkant van
Jenny Lake varen en daar de waterval bekijken. Het klinkt goed, maar onze
plannen lopen spontaan in de war. Bij dit stoppunt van Jenny Lake is het echt prachtig!
Het is een heel helder bergmeer met strandjes er aan en veel steentjes voor de
kids om mee te spelen. Dat laten ze zich geen twee keer zeggen en ze staan al
in het water. Ze hebben de grootste lol, dus we laten ze maar even lekker
spelen. Het is ook bepaald geen straf om even lekker op een boomstam in het
zonnetje van deze prachtige omgeving te genieten.
We lopen nog een stukje verder, op zoek naar de lodge, want
inmiddels heeft iedereen honger. We zien echter geen gebouwtjes. Als we het aan
een mevrouw vragen die op een ranger lijkt en dit achteraf is, blijkt dat de
lodge hier helemaal niet is. Het is ons ook niet helemaal duidelijk waar die
wel is. We rijden dus maar snel terug naar het stadje van ons motel. Daar
vinden we een restaurantje waar plek voor ons is, de town square tavern. Een
goede keus, want we eten allemaal heerlijk. Ronald speelt nog een potje poule
met Bas, die het graag wil leren. Dan gaan we snel weg, want Emma is heel erg
moe en valt bijna in slaap aan de tafel. Hopelijk slaapt iedereen wat beter
vannacht!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten